plate (EN)

zelfstandig naamwoord, werkwoord

zelfstandig naamwoord “plate”

1. bord
   Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.

   I stacked the dirty plates in the sink after dinner.
2. portie
   He ate two plates of spaghetti.
3. gerecht
   For dinner, she ordered a seafood plate.
4. servies (van zilver of goud)
   The royal family displayed their finest silver plate during the grand banquet.
5. verantwoordelijkheid
   With so many deadlines, he had a lot on his plate.
6. plaat
   Metal plates were used to reinforce the structure.
7. plaat (in een boek)
   The book included a beautiful plate of the ancient ruins, printed on glossy paper.
8. plaat (in de geologie)
   The movement of tectonic plates causes earthquakes.
9. halterschijf
   She added more plates to the barbell for her next set.
10. plaat (met informatie)
    The office door had a name plate beside it.
11. (honkbal) thuisplaat; het honk dat een speler moet bereiken om te scoren
    He slid into home plate to score the winning run.
12. beugel (voor tanden)
    The dentist gave Sarah a plate to wear at night to help align her teeth.

werkwoord “plate”

1. een voorwerp bedekken met een dunne laag metaal of ander materiaal
   This necklace is plated with silver.
2. eten aantrekkelijk op een bord schikken voor het opdienen
   The chef took care to plate each dish beautifully.
3. (honkbal) een punt scoren
   He plated two runs with his double.