zelfstandig naamwoord “tailgate”
enkelvoud tailgate, meervoud tailgates
- de scharnierende plank of deur aan de achterkant van een voertuig die naar beneden kan worden geopend voor laden en lossen
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
He lowered the tailgate of his pickup truck to load the heavy boxes.
- (UK) de achterklep van een hatchbackauto
She opened the tailgate to put her groceries in the car.
werkwoord “tailgate”
infinitief tailgate; hij tailgates; verleden tijd tailgated; volt. deelw. tailgated; ger. tailgating
- gevaarlijk dicht achter een ander voertuig rijden
The impatient driver tailgated me all the way to the city.