werkwoord “accept”
 infinitief accept; hij accepts; verleden tijd accepted; volt. deelw. accepted; ger. accepting
- accepteren
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
 He accepted the invitation to join the committee.
 - toelaten
The university accepted her into their graduate program.
 - accepteren (betalingen aanvaarden)
The store accepts credit cards and mobile payments.
 - aanvaarden
She accepts that her childhood memories may not be entirely accurate.
 - berusten in
After the accident, he learned to accept his new limitations with grace.
 - opnemen (in een sociale groep)
The team quickly accepted the new player, inviting him to all their social events.