commercial (EN)

bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord “commercial”

1. commercieel
   Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.

   There are several commercial buildings in this area.
2. commercieel (alleen voor een zelfstandig naamwoord, bedoeld om geld te verdienen)
   You need to obtain a licence for commercial use if you want to use the song in your video.
3. commercieel (met betrekking tot handel of zaken)
   She is studying commercial law at university.
4. commercieel (meer gericht op het verdienen van geld dan op kwaliteit)
   The band's new album sounds too commercial.
5. commercieel (luchtvaart, met betrekking tot de activiteit van het vliegen van passagiers of vracht voor winst)
   He obtained his commercial pilot's license last year.

zelfstandig naamwoord “commercial”

1. reclame
   She starred in a commercial for a new car.
2. handelaar
   Commercials are often hedging in futures markets.