bijvoeglijk naamwoord “Greek”
basisvorm Greek, niet-vergrotend
- Grieks
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
She studied Greek mythology in her literature class.
- (US) gerelateerd aan studentenverenigingen of studentenclubs.
He enjoyed being part of the Greek community during his university years.
eigennaam “Greek”
- Grieks
He learned Greek to read ancient texts in their original form.
zelfstandig naamwoord “Greek”
enkelvoud Greek, meervoud Greeks
- Griek
We had a fascinating conversation with a Greek we met at the café.
- (lokaal, VS) een lid van een studentenvereniging of studentenclub
She became a Greek to make new friends on campus.
zelfstandig naamwoord “Greek”
enkelvoud Greek, ontelbaar
- Grieks (keuken)
They decided to cook Greek for the family dinner.
- (figuurlijk, informeel) onbegrijpelijke taal; iets onbegrijpelijks
The legal document was Greek to me, so I asked a lawyer to explain.
- plaatsaanduidingstekst gebruikt in ontwerp; lorem ipsum
The graphic artist filled the brochure with Greek until the final text was approved.