zelfstandig naamwoord “utility”
enkelvoud utility, meervoud utilities of ontelbaar
- nutsvoorziening (een dienst zoals elektriciteit, water of gas die aan het publiek wordt geleverd)
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
Electricity is an essential utility for households.
- nutsbedrijf (een bedrijf dat openbare diensten zoals water en elektriciteit levert)
The utility is investing in new infrastructure to improve service reliability.
- nut
She questioned the utility of spending so much time on minor details during the meeting.
- hulpprogramma (in de informatica, een klein programma dat is ontworpen om een specifieke taak uit te voeren)
He downloaded a utility that helps optimize the computer's performance.
- nut, (in de economie) de voldoening of het voordeel verkregen uit het consumeren van een product
The economist explained how utility influences consumer choices.
bijvoeglijk naamwoord “utility”
basisvorm utility, niet-vergrotend
- nuttig (ontworpen voor praktisch gebruik in plaats van schoonheid; functioneel)
He prefers utility clothing that is comfortable and durable.
- bijgebouw (voor opslag of apparatuur)
She keeps cleaning supplies in the utility room next to the kitchen.