·

spelling (EN)
zelfstandig naamwoord

Dit woord kan ook een vorm zijn van:
spell (werkwoord)

zelfstandig naamwoord “spelling”

enkelvoud spelling, meervoud spellings of ontelbaar
  1. spelling
    Her teacher always emphasized the importance of good spelling in their essays.
  2. spelling (van een specifiek woord)
    The British spelling of "color" is "colour".
  3. notatie (in muzikale context)
    The composer's spelling of the note showed a preference for F sharp over G flat, reflecting the piece's key signature.