zelfstandig naamwoord “ruler”
enkelvoud ruler, meervoud rulers
- liniaal
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
She used a ruler to measure the width of the book.
- heerser (persoon die regeert)
The country's rulers met to discuss new policies that would improve education.