·

worthy (EN)
bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord “worthy”

basisvorm worthy (more/most)
  1. waard
    Her dedication to helping others makes her worthy of our admiration.
  2. eerbiedwaardig
    Donating to the children's hospital is a worthy cause.
  3. degelijk (maar niet interessant)
    John is a worthy but boring employee.

zelfstandig naamwoord “worthy”

enkelvoud worthy, meervoud worthies
  1. vooraanstaand persoon
    The mayor, a worthy in our town, was honored for his years of service.