·

sighted (EN)
bijvoeglijk naamwoord

Dit woord kan ook een vorm zijn van:
sight (werkwoord)

bijvoeglijk naamwoord “sighted”

basisvorm sighted, niet-vergrotend
  1. ziend
    Special guides are provided for both sighted and visually impaired visitors.
  2. voorzien van een vizier
    He preferred using a sighted pistol for better accuracy.