·

she (EN)
voornaamwoord, zelfstandig naamwoord

voornaamwoord “she”

she, her
  1. zij
    After the cat finished eating, she curled up in a sunny spot to nap.
  2. zij (in het Nederlands kan "zij" gebruikt worden om affectief te verwijzen naar een machine waar de spreker genegenheid voor voelt, vergelijkbaar met het gebruik van "she" in het Engels voor schepen, boten, auto's of andere machines).
    The old sailboat was a beauty; she had been through countless storms and still floated gracefully.

zelfstandig naamwoord “she”

she, alleen enkelvoudig
  1. vrouwelijk (dier of persoon)
    The veterinarian confirmed that the puppy is a she, so we're thinking of naming her Luna.