·

curious (EN)
bijvoeglijk naamwoord

bijvoeglijk naamwoord “curious”

basisvorm curious (more/most)
  1. nieuwsgierig
    The curious cat kept peeking into every open drawer in the house.
  2. onderzoekend (uit verlangen om meer te weten)
    She leaned in with a curious look, eager to hear the rest of the story.
  3. eigenaardig
    The cat's curious behavior of sleeping in the sink puzzled everyone.