Dit woord kan ook een vorm zijn van:
zelfstandig naamwoord “saw”
enkelvoud saw, meervoud saws
- zaag
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
He carefully selected a hand saw from his toolbox to cut the wooden planks for his new bookshelf.
werkwoord “saw”
infinitief saw; hij saws; verleden tijd sawed; volt. deelw. sawn, sawed us; ger. sawing
- zagen
She sawed through the thick branch effortlessly with her new chainsaw.
- zagen (bewegen zoals een zaag)
The violinist sawed away at his instrument, creating a lively tune that had everyone tapping their feet.