bijvoeglijk naamwoord “next”
basisvorm next, niet-vergrotend
- naast
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
She moved into the next room to get some quiet.
- volgende
After finishing this chapter, we'll start the next one.
lidwoord “next”
- de volgende (wanneer het verwijst naar iets specifieks dat direct volgt)
I'll see you next Monday for lunch.
bijwoord “next”
- op één na (bijvoorbeeld: op één na beste)
She couldn't find her favorite ice cream flavor, so she settled for the next best option.
- daarna
We washed the car; next, we waxed it to make it shine.
- bovendien
After finishing my homework and chores, I wondered, "What's next?"