·

intense (EN)
bijvoeglijk naamwoord

bijvoeglijk naamwoord “intense”

basisvorm intense (more/most)
  1. intens
    The intense heat of the desert sun made it impossible to walk barefoot on the sand.
  2. diepgaand (als het gaat om studie of gedachte)
    Her intense gaze never wavered as she listened to his heartfelt apology.
  3. hartstochtelijk
    Our boss is such an intense person.