·

iced (EN)
bijvoeglijk naamwoord

Dit woord kan ook een vorm zijn van:
ice (werkwoord)

bijvoeglijk naamwoord “iced”

basisvorm iced, niet-vergrotend
  1. gekoeld
    After the hike, they all enjoyed a refreshing glass of iced water.
  2. geglaceerd
    For his birthday, he requested a chocolate iced cupcake with sprinkles on top.