zelfstandig naamwoord “guesthouse”
enkelvoud guesthouse, meervoud guesthouses
- pension
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
While traveling through the countryside, they stayed at a cozy guesthouse run by a friendly couple.
- gastenverblijf (klein huis op hetzelfde terrein als een groter hoofdgebouw)
They built a guesthouse in their backyard to provide a comfortable space for their visiting relatives.