·

edging (EN)
zelfstandig naamwoord

Dit woord kan ook een vorm zijn van:
edge (werkwoord)

zelfstandig naamwoord “edging”

enkelvoud edging, meervoud edgings of ontelbaar
  1. afboording
    She added a lace edging to the hem of her skirt to give it a more finished look.
  2. kanten (bij klimmen)
    While scaling the vertical rock face, she perfected her edging by carefully positioning the sides of her shoes on the tiniest of ledges.
  3. edgen (het opzettelijk hoog opgewonden blijven zonder tot een climax te komen)
    During their intimate moments, they often practiced edging to build up a more intense climax.