bijvoeglijk naamwoord “vivid”
basisvorm vivid (more/most)
- levendig (in de zin van duidelijke mentale beelden)
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
I still have vivid memories of the first time I travelled abroad.
- fel (in de zin van kleur)
The sunset painted the sky in vivid hues of pink and orange.
- fantasierijk (met een sterke verbeeldingskracht)
With her vivid imagination, she could picture the magical world in the story as if it were real.