·

unleashed (EN)
bijvoeglijk naamwoord

Dit woord kan ook een vorm zijn van:
unleash (werkwoord)

bijvoeglijk naamwoord “unleashed”

basisvorm unleashed, niet-vergrotend
  1. losgelaten
    The park was full of unleashed dogs running freely.
  2. ontketend (vrijgemaakt van elke vorm van beperking)
    Once she overcame her fear of public speaking, her unleashed potential led her to win the national debate competition.