zelfstandig naamwoord “trial”
enkelvoud trial, meervoud trials
- rechtszaak
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
The trial attracted media attention for weeks.
- proef
They conducted trials to determine the best design.
- proefperiode
Would you like a 7-day trial for this language-learning app?
- beproeving
Living in a foreign country can be a real trial at times.
- selectieproef
He impressed the coaches during the basketball trials.
- klinische proef
The new drug is undergoing clinical trials.
- de grammaticale categorie die verwijst naar precies drie items
Some languages have the trial in addition to the singular and the plural.
werkwoord “trial”
infinitief trial; hij trials; verleden tijd trialed us, trialled uk; volt. deelw. trialed us, trialled uk; ger. trialing us, trialling uk
- uitproberen
The company is trialing a new product in select markets.
- testen
The team is trialing new players for the upcoming season.
bijvoeglijk naamwoord “trial”
basisvorm trial, niet-vergrotend
- proef-
They are using a trial version of the software.
- verwijzend naar het grammaticale getal dat wordt gebruikt voor precies drie items
The language has trial pronouns for groups of three.