zelfstandig naamwoord “storybook”
enkelvoud storybook, meervoud storybooks
- sprookjesboek
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
My daughter loves to read the fairytales in her favorite storybook before bedtime.
bijvoeglijk naamwoord “storybook”
basisvorm storybook, niet-vergrotend
- sprookjesachtig (zoals in een kinderboek)
Their storybook romance led them to a beautiful wedding on the beach, just like they had always dreamed.