·

spoils (EN)
zelfstandig naamwoord

Dit woord kan ook een vorm zijn van:
spoil (werkwoord)

zelfstandig naamwoord “spoils”

spoils, alleen meervoudig
  1. buit
    The pirates divided the spoils among themselves after raiding the merchant ship.
  2. voordelen (verkregen door succes)
    After winning the championship, the team enjoyed the spoils of their hard work.