·

repayment (EN)
zelfstandig naamwoord

zelfstandig naamwoord “repayment”

enkelvoud repayment, meervoud repayments of ontelbaar
  1. terugbetaling
    He struggled with the repayment of his student loans after graduating.
  2. terugbetaald bedrag
    The bank expects monthly repayments on the loan.
  3. vergelding (als wraak)
    She plotted her repayment for the betrayal she experienced.