zelfstandig naamwoord “pendant”
enkelvoud pendant, meervoud pendants
- hanger (een sieraad dat aan een ketting om de nek wordt gedragen)
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
She wore a gold pendant on a delicate silver chain.
- hanger (het hangende deel van een oorbel)
The pendants of her earrings sparkled as she moved.
- hanglamp
They installed a new pendant over the kitchen island.
- pendant (in architectuur)
The Gothic cathedral featured intricate stone pendants hanging from the arches.
- tegenhanger
This painting is the pendant to the one in the dining room.