·

metric (EN)
bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord “metric”

basisvorm metric, niet-vergrotend
  1. metrisch (betrekking hebbend op het metrieke stelsel van meting)
    The mechanic used metric tools to fix the engine.
  2. metrisch (met betrekking tot de ritmische structuur in muziek of poëzie)
    The composer focused on the metric variations in the symphony.
  3. metrisch (in de wiskunde, betrekking hebbend op de meting van afstanden)
    Metric spaces are a key concept in advanced mathematics.

zelfstandig naamwoord “metric”

enkelvoud metric, meervoud metrics
  1. Maatstaf (een standaard van meting die wordt gebruikt om iets te beoordelen of evalueren)
    The company tracks various metrics like customer satisfaction and revenue growth.
  2. het metrieke stelsel van meting
    Canada officially adopted metric in the 1970s.
  3. metriek (in de wiskunde, een functie die de afstand tussen elementen in een ruimte definieert)
    The Euclidean metric is used to calculate distances in geometrical space.