zelfstandig naamwoord “heir”
enkelvoud heir, meervoud heirs
- erfgenaam
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
After their grandfather passed away, Maria became the heir to his entire estate.
- troonopvolger (iemand die een speciale rang of positie erft)
The young prince was the heir to the throne, destined to become king one day.