·

faced (EN)
bijvoeglijk naamwoord

Dit woord kan ook een vorm zijn van:
face (werkwoord)

bijvoeglijk naamwoord “faced”

basisvorm faced, niet-vergrotend
  1. -gezichtig
    The building was odd-looking, with a three-faced clock that could be seen from multiple directions.
  2. afgewerkt (versierd aan de buitenkant, vaak met een ander materiaal aan de voorkant voor decoratieve doeleinden)
    She wore an elegantly faced jacket with silk lapels that added a touch of sophistication to her outfit.