·

driver (EN)
zelfstandig naamwoord

zelfstandig naamwoord “driver”

enkelvoud driver, meervoud drivers
  1. bestuurder
    He was a careful driver who always obeyed the speed limits.
  2. drijfveer
    Technological innovation is a key driver of economic growth.
  3. stuurprogramma (computing, een programma dat een apparaat bestuurt dat is aangesloten op een computer)
    You need to install the correct driver for your printer to work properly.
  4. een golfclub die wordt gebruikt om de bal over lange afstanden te slaan
    She used her driver to hit the ball off the tee.
  5. (onderdeel van een luidspreker of koptelefoon dat geluid produceert)
    The headphones have large drivers for better bass response.