remote (EN)

bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord “remote”

1. afgelegen
   Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.

   They live in a remote village high up in the mountains.
2. gering
   There's a remote possibility that we will find any survivors.
3. afstandelijk
   Since the accident, he has been remote and unapproachable.

zelfstandig naamwoord “remote”

1. afstandsbediening
   He lost the remote and couldn't turn on the TV.
2. extern (in de context van een computer)
   Upload your changes to the remote so others can access them.