he (EN)

voornaamwoord, zelfstandig naamwoord, tussenwerpsel

voornaamwoord “he”

1. hij
   Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.

   After the race, he was so exhausted that he collapsed on the ground.
2. persoon van ongespecificeerd geslacht
   When a customer calls for support, he should always be greeted with a friendly tone.

zelfstandig naamwoord “he”

1. de tikker
   In our game of tag, Johnny is "he" so we all have to run away from him.
2. een mannetje
   Is your dog a he or a she?

tussenwerpsel “he”

1. ha
   When she heard the punchline, she couldn't help but burst out with "he he!"