zelfstandig naamwoord “fixture”
enkelvoud fixture, meervoud fixtures
- vast onderdeel
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
The light fixtures were included in the sale of the house.
- wedstrijd
The football fixtures for next season have just been announced.
- vaste klant (iemand die altijd aanwezig is)
He became a fixture at the local café, spending every morning there.
- klem
The engineer designed a new fixture to hold the parts during assembly.
- (in computing) een vaste toestand die als basislijn voor softwaretests wordt gebruikt
The test fixture ensures that each test starts with the same data.