telwoord “five”
- vijf
Meld u aan om de vertalingen van voorbeeldzinnen en eentalige definities van elk woord te zien.
She has five apples in her basket.
zelfstandig naamwoord “five”
enkelvoud five, meervoud fives of ontelbaar
- het symbool of cijfer "5"
There are two fives in the number 505.
- vijf uur
Dinner will be ready by five.
- vijfje (bankbiljet van vijf eenheden van een valuta)
I handed the cashier a five to pay for my coffee.
- een korte pauze, meestal van ongeveer vijf minuten
Let's take a quick five before we continue with the meeting.
- vijfjarige
The fives were excited to start kindergarten this year.