·

collateral (EN)
bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig naamwoord

bijvoeglijk naamwoord “collateral”

basisvorm collateral (more/most)
  1. onbedoeld of secundair, voortkomend als gevolg van iets anders
    The explosion caused collateral damage to nearby buildings.
  2. begeleidende of verbonden maar minder belangrijk; secundair
    While addressing the main issue, they also considered collateral concerns.
  3. (finance) met betrekking tot of gedekt door onderpand
    The bank offered collateral loans to qualified applicants.
  4. (genealogie) verwant door een gemeenschappelijke voorouder maar niet in een directe lijn
    Collateral relatives include siblings and cousins.

zelfstandig naamwoord “collateral”

enkelvoud collateral, meervoud collaterals of ontelbaar
  1. onderpand
    She used her car as collateral to get the loan.
  2. promotiemateriaal
    The company produced new marketing collateral for their latest product.
  3. collateraal (anatomie, een zijtak van een bloedvat of zenuw)
    The collateral vessels provide alternate pathways for blood flow.
  4. collateraal (genealogie, een familielid dat afstamt van een gemeenschappelijke voorouder maar niet in een directe lijn)
    They discovered they were collaterals through their shared great-grandparents.